|
In de meeste gevallen worden werknemers 100% eigenaar van hun bedrijf
(gemiddelde omvang: 72 werknemers) zonder ook maar één
cent van hun eigen geld te hoeven inbrengen.
Dit succes kan worden toegeschreven aan een centrale factor: de
eenvoud van het mechanisme. Dat mechanisme is de trust,
meer bepaald de 'Employee Ownership Trust'. Geen enkele
andere juridische structuur biedt zo'n eenvoud. Dit
maakt grootschalige bedrijfsoverdrachten aan werknemers
zo succesvol in het Verenigd Koninkrijk.
Overigens heeft een groot aantal Europese landen al wetten van het
type 'trust' aangenomen, elk met hun eigen specifieke
terminologie: in Frankrijk is er sprake van de 'fiducie',
in België van de 'fondation privée' of 'private stichting',
gelijkaardig aan de 'stichting' in Nederland of de 'Stiftung'
in Duitsland en Oostenrijk, enz. Hierna gebruiken we
de Engelse term 'trust'.
De eenvoud ervan omvat drie belangrijkste aspecten:
1. Om een bedrijf over te dragen, wordt de trust simpelweg als de
nieuwe gepersonifieerde eigenaar aangesteld. Het bedrijf
blijft operationeel en hoeft op geen enkele manier vervangen
of aangepast te worden. Het kan zijn dagelijkse activiteiten
ongestoord verderzetten.
2. De trust vertegenwoordigt het gemeenschappelijke eigenaarschap
van de werknemers van het bedrijf. Het is doorgaans
een kleine organisatie van slechts drie of vijf mensen,
zelden meer. Dit zijn de zgn. 'trustees' of beheerders.
De werknemers van het bedrijf bezitten geen aandelen
en zijn ook geen leden van de trust, ze zijn slechts
begunstigden. Begunstigden van wat? Begunstigden van
het recht op een deel van de winst van het bedrijf en
om deel te nemen aan het bestuur ervan.
3. Als organisatie zonder winstoogmerk wordt de trust niet belast
op haar inkomsten of financiële resultaten. Het is dus
een belastingneutrale regeling bij het doorgeven van
bedrijfswinsten aan werknemers-eigenaars.
Bovendien biedt de trust een eenvoudige structuur met veel flexibiliteit
en veel mogelijke varianten. Dit alles maakt het mogelijk
om op grote schaal bedrijven over te dragen aan werknemers,
dankzij kredietfinanciering, zonder dat werknemers zelf
geld hoeven in te brengen of enig financieel risico
lopen.
Dit is enkel mogelijk met het trustmechanisme. Geen enkele andere
structuur kan dat.
Het kan niet met een Spaanse 'sociedad laboral',
een 'sociedad laboral' is geen trust. Het kan
niet met een Frans 'fonds commun de placement de
reprise', een 'fonds commun de placement'
is geen trust.
Het kan ook niet met een Belgische 'coöperatieve participatievennootschap'
of 'société coopérative de participation'. Deze
werd in België geïntroduceerd door de wet van 22 mei
2001 en was een eerste poging om Coop-ESOP in Europa
op te zetten. Het werd echter al snel duidelijk dat
de keuze voor een coöperatie in plaats van een trust
niet haalbaar was omdat dit niet strookte met de Europese
belastingregels. Daarom heeft de Belgische wet in de
praktijk nooit gefunctioneerd. In deze context is het
verrassend om te zien dat Slovenië onlangs zijn eigen
mechanisme voor Coop-ESOP heeft aangenomen. België zal
met belangstelling volgen hoe Slovenië dit obstakel
overwint.
|